Paramedici blijven zorg bieden
Premier Rutte heeft gisteren aan ons allen toegelicht welk scenario de overheid hanteert om het Coronavirus te bestrijden. Er zijn flinke maatregelen getroffen om de verspreiding te vertragen zodat de piek van de besmetting afgevlakt wordt en uitgesmeerd wordt over een langere periode. Om die reden zijn de scholen, restaurants, et cetera gesloten en wordt er gestimuleerd om vanuit thuis te werken (indien dat mogelijk is).
Door niet het hele land ‘plat te leggen’ en niet iedereen te isoleren zal een groot deel van de bevolking besmet raken met het virus. Dit moet ook gebeuren om ‘groepsimmuniteit’ op te bouwen. Deze immuniteit zorgt ervoor dat de crisiszorg (waaronder de intensive care) en de huisartsenzorg beschikbaar blijft.
Dat houdt in dat we, als zorgprofessionals, de opdracht hebben zorg te blijven bieden. Het advies is terughoudend te zijn met face-to-face consulten. Als dat niet kan moet er direct contact plaatsvinden en moeten alle veiligheidsregels van RIVM in acht worden genomen. PPN is van mening dat de paramedici bij deze zorg maximaal gebruik moeten kunnen maken van triage en behandeling op afstand (telefonisch consult, videoconsult en e-health programma’s). Om dat mogelijk te maken overleggen we met de zorgverzekeraars.
Als PPN staan wij in nauw contact met VWS om te komen tot de juiste vertaling van de landelijk genomen maatregelen voor de paramedische zorgsector voor de groep patiënten die wel zorg moeten krijgen. Wij wachten nog op een nadere uitwerking van de adviezen van het Ministerie waarin wordt aangegeven hoe zorgverleners en patiënten met deze adviezen om kunnen gaan.
PPN kaart tevens bij VWS en Zorgverzekeraars de financiële gevolgen voor praktijken aan die veel afzeggingen door deze situatie hebben. Gesprekken zijn hierover gestart.
PPN is alle zorgprofessionals in het algemeen en paramedische professionals in het bijzonder zeer dankbaar voor het goede werk wat ze doen in moeilijke omstandigheden. Het werk is belangrijk, omdat we nu samen moeten zorgen dat de huisartsenzorg en de ziekenhuiszorg niet overbelast raakt en iedereen, waar mogelijk, bijdraagt aan de zorg die op dit moment nodig is.